Steeds meer werkenden en opdrachtgevers weten elkaar voor korte klussen te vinden via online platformen. Politici en belangenbehartigers volgen deze ontwikkeling kritisch, omdat zij zich zorgen maken over zaken als veiligheid, verzekeringen en een eerlijke vergoeding voor werkenden. Tegelijkertijd brengt platformwerk ook voordelen met zich mee voor zowel werkenden, opdrachtgevers als klanten. Zo leveren ze een belangrijke bijdrage aan het laagdrempelig toegankelijk maken van werk, juist voor mensen die het lastig hebben op de reguliere arbeidsmarkt en het levert ook nieuw werk op. In dit artikel zet de NSvP de ontwikkelingen, kansen en bedreigingen van platformwerk op een rij. Naast betere regulering van platformwerk en het indammen van de negatieve kanten, blijft het de moeite waard om te onderzoeken hoe we de mogelijkheden van platformtechnologie kunnen benutten voor een inclusieve arbeidsmarkt. Welke rol kan de kluseconomie - en de technologie achter de platformen - spelen bij het verbeteren van een menswaardige toekomst van werk?
Nederland telt inmiddels ten minste 93 platformen waar vraag en aanbod van werk bij elkaar gebracht worden. Deze platformen verschillen onderling van elkaar: in gevraagd skill-niveau, online dan wel offline werk, gericht op verschillende sectoren. “Platformwerk is een organisatievorm die over de hele arbeidsmarkt voorkomt en is sterk in opkomst”, stelt Sonia Sjollema, directeur van de stichting NSvP. Een belangrijk kenmerk van de platformen is dat ze gericht zijn op het matchen van korter durende klussen of opdrachten. Uit gegevens van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) blijkt dat begin 2021 tussen de 0,4% en 2,8% van de beroepsbevolking werkte via een platform, wat neerkomt op minimaal 34.000 platformwerkers. SEO sprak in november 2019 van 84.000 platformwerkers.
Beperkingen en mogelijkheden
Platformwerk is enerzijds een zorgelijke ontwikkeling, vooral vanwege het achterliggende businessmodel: werkenden hebben meestal geen arbeidscontract, maar worden voor tijdelijke klussen betaald. Denk bijvoorbeeld aan het bezorgen van maaltijden, het aanbieden van taxiritten, schoonmaakwerk of het verlenen van zorg. Hierdoor hebben ze een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt, waarbij inkomen en werktijden vaak onzeker zijn. Platformen dragen geen werkgeverslasten af, risico’s voor werkloosheid of arbeidsongeschiktheid liggen bij de werkers. De manier waarop we platformwerk organiseren is dus een belangrijke vraag als het over de toekomst van werk gaat en een breed debat is daarom nodig. Sjollema benadrukt dat de NSvP zich sterk maakt voor een menswaardige toekomst van werk: “Menswaardig werk houdt in dat mensen een eerlijk inkomen verdienen en aanspraak kunnen maken op bescherming, scholing, inspraak en veilig werk. Dat geldt uiteraard voor alle werkenden, en moet dus ook gelden voor platformwerkers.”
“Werkzekerheid, ontwikkeling, sociale betrokkenheid: allemaal zaken die een digitaal platform maar beperkt biedt. In pilotprojecten wordt gekeken hoe dit wél kan werken”.
In recente onderzoeken van SCP en SER worden ook de mogelijkheden van platformwerk beschreven.(Startende) ondernemers kunnen door platformen in te schakelen meer omzet genereren. Maar ook korte klussen die vragen om een bepaald hoogwaardig specialisme kunnen worden gefaciliteerd via zo’n platform. Er is een grote diversiteit aan platformwerk: de platformwerker bestaat niet. Tot slot zitten er ook voor consumenten belangrijke voordelen aan de platformeconomie: er is meer keuze en gemak.
Commerciële platformen die vraag en aanbod van werk bij elkaar brengen, zoals Upwork of YoungOnes, zijn voor verschillende groepen een makkelijke manier om aan werk te komen en met name voor jongeren om met korte klussen wat bij te verdienen. Je vindt er klussen op diverse niveaus, klussen die ook online kunnen worden uitgevoerd, op ieder moment en vanaf iedere locatie, en je kunt vaak kiezen tussen ad-hoc werk en gepland werk. Ook als het door opleiding of achtergrond moeilijk is om aan werk te komen, zou platformwerk mogelijk uitkomst kunnen bieden. Je kunt eenvoudig zoeken naar klussen op jouw (skill)niveau, hoeft er niet je huis voor uit als dat lastig is, en je bepaalt zelf je werktijden en het aantal uren dat je wilt werken. Platformwerk helpt dus meer mensen aan het werk, en het is dus de moeite waard om te onderzoeken hoe en onder welke voorwaarden platformwerk wel een positieve bijdrage kan leveren aan een de arbeidsmarkt.
Kansen voor een inclusieve arbeidsmarkt?
NSvP-directeur Sonia Sjollema stelt dat het jammer is er nog zo weinig creatief gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheden die platformen bieden voor een meer inclusieve arbeidsmarkt. “We moeten kijken hoe we uitdagingen om kunnen buigen naar kansen en ook niet vergeten dat de kluseconomie drempels om toe te treden tot de arbeidsmarkt verlaagt. Met de nodige aanpassingen biedt dit kansen op menswaardig werk.” Samen met SBCM nam de NSvP het initiatief om te onderzoeken of platformwerk inderdaad geschikt te maken is voor mensen die nu moeilijk aan het werk komen, of zich om welke reden dan ook niet thuis voelen in een ‘standaard baan’.
Door het combineren van diverse klussen/opdrachten kan er mogelijk een volwaardige baan op maat gecreëerd worden. Bovendien moet er gezocht worden naar vormen van begeleiding, ontwikkeling en financiële zekerheid, zodat het platform ook bijdraagt aan de achterliggende waarden van inclusie. Sjollema: “Werkzekerheid, ontwikkeling, sociale betrokkenheid: dat zijn allemaal zaken die een digitaal platform maar beperkt biedt. In pilotprojecten wordt gekeken hoe dit wel kan werken”.
Je kunt eenvoudig zoeken naar klussen op jouw (skill)niveau, hoeft er niet je huis voor uit en bepaalt zelf je werktijden - zo zorgt platformwerk dat er méér mensen aan het werk kunnen.
Data horen bij werkenden
Tegelijkertijd moet er meer aandacht komen voor structurele verbeteringen van platformwerk in het algemeen. Met steun aan de pilot KlusCV van platformexpert Martijn Arets wordt een eerste stap gezet. De ambitie van Arets is het eigenaarschap van data en reputatie bij de platformwerker te leggen (in plaats van bij het platform), zodat deze makkelijker van platform kan wisselen en/of met opgedane werkervaring stappen kan zetten naar de reguliere arbeidsmarkt.
Veel werkgevers schrijven geen vacatures uit voor kortdurende klussen. Dit werk kan vaak prima worden uitgevoerd door platformwerkers. Die doen ervaring op met klussen bij verschillende opdrachtgevers. Een goed gevuld profiel (cv) leidt doorgaans tot meer werk en soms ook tot betere verdiensten. Het probleem is dat die data tot nu toe in handen is van de platformen en niet van de werkenden. “Alleen als de platformwerker zelf over deze data kan beschikken, heeft die ook echt profijt van deze werkervaring in een volgende loopbaanstap. Anders blijft een platformwerker gevangen in het platform waar de ervaring is opgedaan”, vertelt Arets.
Om de positie van platformwerkers op de arbeidsmarkt te versterken, zijn zes klusplatformen een pilot gestart waarbij werkenden met één druk op de knop een digitaal getuigschrift kunnen downloaden. De tool is gebaseerd op open standaarden. De pilot wordt medegefinancierd door de NSvP en vloeit voort uit het verkennende onderzoek van Arets. De pilot KlusCV moet duidelijk maken wat voor impact het delen van die data heeft op de positie van de werkende in de arbeidsmarkt, in de meest brede zin van het woord.
Om structurele verbetering van de positie van platformwerkers mogelijk te maken, is er echter meer nodig. Het blijft belangrijk de knelpunten te benoemen en hier ook in het publieke debat aandacht voor te vragen. Dit doet de NSvP samen met SETUP, bijvoorbeeld via de installatie over clickwork. Er is bovendien meer helderheid nodig over de werkrelatie en rechtspositie van platformwerkers en er is behoefte aan Europese wet- en regelgeving om de macht van grote commerciële platformen aan banden te leggen.
Werknemer of zelfstandig ondernemer?
Een belangrijk knelpunt van platformwerkers, en van zzp’ers in het algemeen, is de onduidelijke arbeidsrelatie. Zijn ze werknemer of (zelfstandige) ondernemer? Veel werkplatformen zetten de werkers als zzp’ers in, maar het is de vraag of dat terecht is. De aard van de arbeidsrelatie is bepalend voor de geldigheid van cao’s en andere werknemersrechten, en bepaalt de positie van werkers. De SER adviseerde al in oktober 2020 om hierover snel besluiten te nemen, en het toezicht door de Belastingdienst en de Inspectie SZW hierop te intensiveren. Politieke keuzes zijn er sindsdien echter niet gemaakt. Het is vooral vakbond FNV die zich hierin actief opstelt en via de rechter successen behaalt in het aankaarten van schijnzelfstandigheid en het afdwingen van arbeidscontracten met bijbehorende cao-afspraken, zoals bijvoorbeeld bij Deliveroo en Uber.
Hoewel de verbetering van de rechtspositie van de platformwerker van belang is, is het volgens Arets de vraag wat het alternatief van deze werkenden is. “Zo concurreert Helpling niet met een schoonmaakbedrijf, maar met de zwarte markt.” Ook zijn er in de discussie over platformwerk raakvlakken met de bredere vragen over de positie van flexwerkers en zelfstandigen op de arbeidsmarkt (Zie rapport Commissie Borstlap). Volgens sommigen is de flexibilisering te ver doorgeschoten, anderen zien een flexibele schil als noodzakelijke voorwaarde om organisaties efficiënter te laten opereren en snel in te spelen op verandering. Arets: “Het probleem van de discussie rondom zekerheid en flexibiliteit is dat het een alles of niets discussie is, terwijl deze ook prima samen kunnen gaan.” Zo wordt er al langer gepleit voor het loskoppelen van sociale zekerheden en contractvorm (ABU, 2020). De vorm van werken (dus ook via een platform) zou niet langer bepalend moeten zijn voor scholing, pensioen en arbeidsongeschiktheid. Dit vraagt echter een grondige hervorming van het sociale stelsel.
Platforms bieden een infrastructuur waarin vraag en aanbod gekoppeld worden, en die kan zo worden ingezet dat het aansluit bij menselijke behoeften.
Meer Europese wet- en regelgeving
Werkplatformen gebruiken vaak algoritmen om het werk te verdelen en sturen, wat de autonomie en privacy van platformwerkers kan aantasten. Om platformwerk beter te reguleren wordt gewerkt aan Nederlandse en Europese wetgeving. Ook breder wordt er nagedacht over manieren om de platformeconomie en de kachtsposities van platforms in te dammen. Commerciële platformen verwerven soms veel macht, invloed en omzet - zie Meta (van Facebook, Whatsapp, Instagram), Booking en Google. “Als internetgebruiker laat je online een spoor van data achter die worden gebruikt om van mensen profielen te maken. Aan de hand van zo’n profiel wordt gedrag voorspeld én beïnvloed, worden opties wel of juist niet aangeboden, informatie aan jou gepresenteerd of juist bij jou weggehouden”, zo verheldert de stichting Bits of Freedom. Dit raakt individuen en beïnvloedt de samenleving. De werkwijze van de platformeconomie beïnvloedt ook de rest van de economie, en bij gebrek aan gelijke regels kan dit de markt verstoren. Daarom is een Europese aanpak nodig om burgers tegen datamisbruik te beschermen en voor marktpartijen te zorgen voor een gelijk speelveld . Denk hierbij aan fiscale regels, of regels over de inzet van data. Volgens Arets gaat het hierbij ook om vraagstukken die breder zijn dan alleen platformwerk, zoals de impact van technologie en automatisering op de werkvloer. “Zo worden mensen die werken in grote magazijnen van distributiecentra soms al aangestuurd en beoordeeld door technologie. Hier moet op Europese schaal goede wet- en regelgeving voor worden opgesteld."
Digitale infrastructuur: marktpartijen of overheidsbemoeienis?
Het is tijd om onszelf een aantal fundamentele vragen te stellen over de digitale infrastructuur. De bepe"rkete grip op internettechnologie en dataverzameling spelt de platformeconomie in de kaart. Als we infrastructurele technologieën en het delen van data aan de markt overlaten, hangt daar altijd een bepaald verdienmodel aan. Arets: “Er is dringend behoefte aan een visie vanuit het publieke domein. Bepaal als overheid welke infrastructurele technologieën we moeten hebben als samenleving, borg de publieke waarden en de democratische legitimiteit en beslis waar we vooral geen verdienmodel op moeten hebben.”
Sonia Sjollema benadrukt dat het belangrijk blijft om de techniek en het gebruikte verdienmodel los van elkaar te zien. Platforms bieden een infrastructuur waarin vraag en aanbod gekoppeld worden, die kan ook zo worden ingezet dat het wel aansluit bij menselijke behoeften. “Om platformwerk inclusiever te maken of in te zetten als opstap naar de arbeidsmarkt, kan je er ook zaken omheen organiseren, zoals goede begeleiding, een sociale context, en mogelijkheden om te leren.”
Ondersteuning en kennisdeling
De NSvP wil de wetenschap en praktijk met elkaar verbinden. De stichting ondersteunt vernieuwende initiatieven en financiert projecten op het gebied van mens, arbeid en organisatie. Dat gebeurt via challenges, waarop partijen kunnen inschrijven. Sjollema: “Drie lopende projecten die door de NSvP in samenwerking met SBCM worden gefinancierd gaan over platformwerk, en dan met name hoe je platformen en de technologie erachter kunt inzetten om werk toegankelijk te maken voor mensen die het lastig hebben op de reguliere arbeidsmarkt, of hoe je via platformen nieuw werk kunt creëren. Wij willen graag onderzoeken hoe platformoplossingen kunnen bijdragen aan een meer inclusieve arbeidsmarkt.”
Naast het eerdergenoemde KlusCV van Martijn Arets gaat het om Hilal Makhoukhi en CurrentWerkt en Jessica de Ruijter van het Landelijk Netwerk Sociaal Coöperatief Ondernemen (LaNSCO). CurrentWerkt kan met de gewonnen subsidie een volgende stap zetten in een bedrijfsgerichte én maatschappelijk betrokken aanpak om een groep ex-gedetineerden in Rotterdam via veelzijdige kortdurende klussen duurzaam aan het werk te helpen. LaNSCO kan met het gewonnen bedrag de groei en ontwikkeling van sociale coöperaties ondersteunen via een landelijk platform dat vraag en aanbod koppelt.
Naast de subsidiëring deelt NSvP relevante content en opgedane kennis en ervaring via het Kenniscentrum, op sociale media, in podcasts en op bijeenkomsten. Volgens Arets is dit hard nodig: “De discussie blinkt tot nu toe uit in het gebrek aan feiten en een overdaad aan eigen agenda’s. Er is dringend behoefte aan goede content en een bruggenbouwer tussen de verschillende initiatieven.”
Lees meer over de kansen op waardevol en duurzaam werk via platformen, waaronder de mogelijkheden om platformwerk in te zetten voor een brede(re) groep mensen in ons Dossier Platformwerk