Dit zijn de 15 genomineerden!

Genomineerden David van Lennep Scriptieprijs 2023

David van Lennep Scriptieprijs uitreiking op 16 februari '23

Vijftien méér dan uitstekende eindscripties van masterstudenten aan universiteiten in Nederland werden dit jaar genomineerd voor de David van Lennep Scriptieprijs. De mastertheses werden ingediend door de hoogleraren van de vakgroep, en een onafhankelijke jury beslist welke drie genomineerden de scriptieprijs winnen. De David van Lennep Scriptieprijs wordt jaarlijks uitgereikt door de Nederlandse Stichting voor Psychotechniek (NSvP) aan de drie beste mastertheses op het gebied van mens, werk en organisatie. De scriptieprijswinnaars ontvangen een geldbedrag van respectievelijk € 2.000, € 1.500 en € 1.000.

Op donderdag 16 februari 2023 worden tijdens een symposium in Utrecht de winnaars bekend gemaakt en tevens de prijzen uitgereikt. De scriptieprijsuitreiking is onderdeel van het symposium Platformwerk in goede banen, georganiseerd door de NSvP en het Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken. Deelname aan het symposium is gratis en kan na aanmelding via bovenstaande link. De vijftien genomineerden voor de David van Lennep Scriptieprijs 2023 stellen we hieronder voor:

 

Arta Ahmeti (Erasmus Universiteit Rotterdam) stelde de vraag waarom het zo moeilijk is voor slachtoffers van een destructieve leider (specifiek een abusive leader) om weg te gaan. Om deze vraag te beantwoorden vroeg zij 114 voormalige slachtoffers van destructieve leiders een vragenlijst in te vullen. Arta benoemt drie verschillende obstakels die het weggaan bemoeilijken: machtsafstand (power distance), loyaliteit jegens de organisatie en steun van collega’s. Haar onderzoek is het eerste naar de duur van destructieve relaties met leidinggevenden, en het eerste onderzoek waar voormalige slachtoffers van destructieve leiders bij zijn betrokken. Naar de scriptie >

 

Ongeveer 70% van de werknemers aan universiteiten in Nederland ervaart een hoge werkdruk. Een aanhoudend hoge werkdruk is problematisch, omdat het verband houdt met lichamelijke en psychische klachten. Een belangrijke vraag is wat universiteiten - binnen hun huidige financiële budgetten - kunnen doen om de werkdruk te verlichten. Mari Braakman (Universiteit van Amsterdam) bracht in kaart welke voorspellers van werkdruk en werkstress, die binnen de invloedssfeer van de universiteiten liggen, een rol spelen en op welke wijze. Daarmee is haar onderzoek een belangrijke bijdrage voor het huidige debat over werkdruk en welzijn van universitaire werknemers. Naar de scriptie >

 

Hybride werken en flexibele werkplekken zijn sinds de covid-19 pandemie het 'nieuwe normaal' in veel organisaties. Hannah Ciroth (Radboud Universiteit Nijmegen) onderzocht in hoeverre dit nieuwe werknormaal effect heeft op een van de basisbehoeften van de mens, namelijk het gevoel van verbondenheid? Uit haar onderzoek blijkt dat de werkplek – een vaste werkplek, een wisselende flexplek of op afstand (bijv. vanuit huis) – weinig tot geen invloed heeft op de mate van ‘workplace belonging’ door medewerkers. Wel blijkt het belangrijk om de werknemers te betrekken bij veranderings- en besluitvormingsprocessen, want de mate van beslissingsautonomie heeft wél invloed op de medewerkerbetrokkenheid. Naar de scriptie >

 

Authentiek leiderschap is een leiderschapsstijl die veel in de belangstelling staat, omdat het veel positieve aspecten kent. Maar wat bedoelen leiders eigenlijk wanneer ze het hebben over “authentiek leiderschap” in organisaties? Jolijn van Diesen (Universiteit van Tilburg) ontrafelde deze vraag. Ze onderscheidde negen aspecten en gedragingen van leiders (waaronder trouw zijn aan zichzelf, transparantie, zelfbewustzijn, zelfontwikkeling, competenties en gedrag) die, wanneer zij op een bepaalde manier worden waargenomen, authentiek kunnen zijn (of niet). Context, persoonlijke eigenschappen van de leider en de lens waardoor het gedrag van leiders wordt bekeken, bepalen of er sprake is van authentiek leiderschap. Naar de scriptie >

 

Mensen die in de publieke sector werken, hebben te maken met steeds complexere en snel veranderende uitdagingen. In die omstandigheden zijn de klassieke, top-down vormen van aansturing vaak niet geschikt. Moritz Fischer (Universiteit Utrecht) deed onderzoek naar een alternatieve vorm van leiderschap: gedeeld leiderschap. Hij deed dit specifiek in de context van de publieke sector, en onderzocht of de kenmerken van deze sector bevorderlijk zijn voor gedeeld leiderschap, of deze vorm van leiderschap juist in de weg zitten. Naar de scriptie >

 

Helen Fitzpatrick (Universiteit van Tilburg) deed onderzoek naar structureel stigma ten aanzien van mensen met psychische problemen. Structureel stigma speelt een belangrijke, maar onderschatte rol bij uitsluiting van de arbeidsmarkt. Helen geeft inzicht in de manieren waarop mensen met psychische problemen in hun verleden een structureel stigma hebben ervaren, en in hoeverre dit negatief heeft bijgedragen aan gevoelens van zelfstigma. Vervolgens onderzocht ze welke factoren wél positief bijdragen aan het vermogen van diezelfde mensen om terug te keren naar en/of te blijven op de arbeidsmarkt. Zij laat zien dat de effecten van structureel stigma kunnen worden geneutraliseerd dan wel verzacht. Naar de scriptie >

 

Ramon Hilberink (Radboud Universiteit Nijmegen) deed een studie naar de rol van identiteit bij ondernemers uit de tweede generatie Indo’s in Nederland. De Indo's hebben een gemengd Nederlands-Indonesische etniciteit als gevolg van het kolonialisme, waardoor zij zich niet volledig identificeren met de Nederlandse kolonisatoren, maar evenmin met de gekoloniseerde Indonesiërs. Ramon beschrijft hoe deze hybride identiteit als sturende kracht werkt voor deze groep ondernemers. Bewuste en onbewuste waarden die door de familie worden overgedragen spelen een duidelijke rol bij de opbouw van de ondernemersidentiteit. Naar de scriptie >

 

Vluchtelingen werken in het gastland veelal op een lager niveau dan ze deden in hun land van herkomst, wat leidt tot overkwalificatie. Het is bekend dat overkwalificatie de betrokkenheid bij het werk aantast en Jeroen Lenssen (Radboud Universiteit Nijmegen) onderzocht deze factoren in de context van vluchtelingen. Hij sprak hiervoor met eerste-generatie Afghaanse vluchtelingen in Nederland. Zijn onderzoek biedt een nieuw perspectief op de (vaak gedwongen) carrièrekeuzes van vluchtelingen en geeft organisaties en werkgevers beter inzicht in hoe zij vluchtelingen kunnen helpen om hun carrière ook in Nederland op de meest menswaardige en duurzame manier te ontwikkelen. Naar de scriptie >

 

Hoe hangt leiderschapscompetentie samen met conflicten op de werkvloer? En is de leeftijd van de leider een factor die de relatie tussen leider en medewerker beïnvloedt? Om dit te onderzoeken betrok Georgios Michelakis (Rijksuniversiteit Groningen) ook de ‘generativiteit’ van leiders (dat wil zeggen de mate van bereidheid die leiders al dan niet hebben om toekomstige generaties te vormen en leiden). Uit zijn bevindingen blijkt inderdaad dat elementen als leeftijd en de mate van generativiteit een rol spelen in de relatie tussen leiderschapscompetentie en conflictbetrokkenheid. Nuttige inzichten, gezien de demografische veranderingen op de werkvloer. Naar de scriptie >

 

Elisa Müller (Universiteit Utrecht) onderzocht de relatie tussen hybride werken en de veerkracht van medewerkers binnen het ministerie van Buitenlandse Zaken. Daarbij keek Elisa naar de rol van de leidinggevende en het psychosociale veiligheidsklimaat: welke rol hebben die factoren bij het voorkomen van eventuele negatieve gevolgen van hybride werken voor de veerkracht van medewerkers? Veel organisaties hebben na de coronapandemie het thuiswerken op grote schaal in stand gehouden. Dit roept de vraag op wat deze grote verandering betekent voor de werknemers.

 

James Steijger (Vrije Universiteit) was onderdeel van een onderzoeksgroep naar de hulpverlening aan mensen in kwetsbare posities tijdens de Covid-19 crisis. Hij wilde daarbij uitdrukkelijk een brug slaan tussen de wetenschap en de praktijk – een cruciale vraag binnen het vakgebied is al jaren hoe deze ‘relevance gap’ te dichten. Met vijf organisaties en tientallen deelnemers (leidinggevenden van deze organisaties en academici) heeft James een uniek traject opgezet waarin de onderzoeksbevindingen samen met de werkvloer omgezet werden tot daadwerkelijke oplossingen voor organisaties die hulpverlenen aan kwetsbare mensen in de regio Amsterdam. Naar de scriptie >

 

Joris Steinmann (Erasmus Universiteit Rotterdam) beschrijft in zijn onderzoek de invloed van wat doorgaans de donkere kant van persoonlijkheid wordt genoemd (Dark-Side) op leiderschapseffectiviteit. De uitkomsten laten een klassiek lineair verband zien: hoe hoger de Dark-Sides scores bij leidinggevenden, hoe hoger de ervaren stress bij medewerkers. Maar Joris keek vervolgens ook naar persoonskenmerken van de medewerkers. Opvallend was dat naarmate de leidinggevende en de medewerker meer op elkaar leken qua Dark-Side persoonlijkheid, de burnout-klachten van de medewerker afnamen en de bevlogenheid toenam. Naar de scriptie >

 

In de arbeids- en organisatiepsychologie is steeds meer interesse voor de manier waarop werknemers gebruik maken van hun eigen sterke punten, maar er is nog weinig aandacht voor de manier waarop werknemers gebruikmaken van de sterke punten van collega’s. In haar masterthesis introduceert Ishani Sewnarain Sukul (TU Eindhoven) het concept ‘interpersoonlijk gebruik van sterke punten’ (in het Engels: interpersonal strengths use). Ze ontwikkelde een training die toegespitst is op het gebruikmaken van de sterke punten van collega’s. Ishani testte deze binnen een bedrijf met ‘high performance’ teams, die sterk gericht zijn op het optimaliseren van de samenwerkingsrelaties binnen de teams. De verwachte positieve effecten - wie de sterke punten van de ander probeert te gebruiken ervaart meer relationele energie in die samenwerkingsrelatie - komen uit. Er blijkt echter geen effect op de collega’s wiens sterke punten worden gebruikt. Naar de scriptie >

 

Dagelijks worden in organisaties vele beslissingen genomen. Dat gebeurt veelal op basis van persoonlijke ervaringen of ‘gut-feeling’ in plaats van weldoordachte feiten. De kwaliteit van professionele besluitvorming kan worden verbeterd door het gebruik van evidence-based practice (EBP) - "het bewuste, expliciete en weldoordachte gebruik van de beste beschikbare feiten". Dit vereist dat mensen bereid zijn uit hun comfortzone te stappen en hun huidige manier van werken los te laten of aan te passen. Uit het onderzoek van Vera van der Valk (Universiteit van Amsterdam) blijkt dat mensen die openstaan voor nieuwe ervaringen, het gemakkelijker vinden om EBP te gaan gebruiken. Haar bevindingen werpen licht op de rol die persoonlijkheidskenmerken spelen bij het gebruik van evidence-based praktijk in besluitvormingsprocessen. Naar de scriptie >

 

Tot welk soort leiders wenden wij ons in onzekere tijden? En zijn dat de leiders die we eigenlijk nodig hebben? Wanneer mensen zich onzeker voelen, blijken zij eerder geneigd leiders met charismatische, narcistische kenmerken te aanvaarden. Dit is zorgwekkend gezien de "giftige kant" van narcisme - zoals gebrek aan empathie, geen kritiek accepteren, zelfgerichtheid, zelfoverschatting en minachting voor adviezen van experts. Franziska Wehselau (Universiteit van Amsterdam) onderzocht op welke wijze onzekerheden bij werknemers een rol spelen bij hun beoordeling van de effectiviteit van hun narcistische leider. Het blijkt dat zodra narcistische leiders werknemers daadwerkelijk door onzekere tijden moeten loodsen, de werknemers hun leiders - vanwege hun gebrek aan betrouwbaarheid - juist als minder effectief beschouwen. Naar de scriptie >

 

 

Thema's

Onderwerpen

Over NSvP

De NSvP maakt zich hard voor een menswaardige toekomst van werk. We stellen de vraag hoe de arbeidsmarkt van morgen eruit ziet en onderzoeken hoe werk zodanig kan worden ingericht dat het bijdraagt aan de menselijke waarden en behoeften. We zijn een onafhankelijke stichting. We financieren als vermogensfonds innovatieve projecten op het snijvlak van mens, werk en organisatie.

Rijnkade 88
6811 HD Arnhem
info@nsvp.nl
026 - 44 57 800

 

Vind ons op Facebook
Volg ons