Samenvatting:
In de ambulancezorg staat de inzetbaarheid van medewerkers hoog op de agenda. Medewerkers komen dagelijks terecht in de meest uiteenlopende (nood)situaties en omstandigheden waardoor het werk ieder moment anders is. In al deze situaties moeten de ambulanceprofessionals vakbekwaam en snel kunnen handelen om de kwaliteit van de zorg te waarborgen en verbeteren.
Aan de kennis en flexibiliteit worden hoge eisen gesteld omdat in een acute situatie ieder ambulanceteam op iedere situatie moet zijn voorbereid. Scholing en nascholing in de vorm van trainingen en workshops zijn daarom essentiële onderdelen van het werk in de ambulancezorg. Echter, de veelheid aan situaties waarin ambulancepersoneel adequaat moet handelen is te groot en te verscheiden om enkel via formele scholing te garanderen dat ambulancepersoneel voorbereid is. Het gaat hier bijvoorbeeld over het omgaan met nieuwe technieken. Formele scholing voorziet in de basisvaardigheden, maar kan niet voorkomen dat bij het dagelijks gebruik de professional tegen kleine en grote problemen aanloopt. Een ander voorbeeld is menselijk gedrag ten tijde van toenemende werkdruk. Hoe blijf je dan communiceren met patiënten? Hoe borg je op dat moment de processen en voorkom je fouten? In bovengenoemde voorbeelden is uitwisseling van kennis, inzichten, ervaringen in de dagelijkse communicatie een krachtige manier om op informele wijze te leren. Onderzoek bevestigt het belang van informeel leren. Aangetoond is dat, hoewel organisaties een groot deel van hun uitgaven besteden aan formele trainings- en scholingsactiviteiten, 80% van het leren binnen organisaties informeel plaats vindt (Cross, 2007). Dit betekent dat professionals leren via communicatie met andere professionals, meer bepaald via het uitwisselen van informatie, het vragen en geven van hulp en van feedback.
Doel:
Het project heeft tot doel om de volgende stap te zetten naar het ondersteunen van informeel leren op de werkplek in functie van het vergroten van de inzetbaarheid van werknemers. Door te focussen op informeel leren sluiten we aan bij huidige wetenschappelijk inzichten over hoe de ontwikkeling van professionals te bevorderen. Concreet gaat het project om het expliciet verbinden van het formele leren (training en opleiding; b.v. in ons simulatie skills lab waar met behulp van video-opnames van de training, reflectiegesprekken met de deelnemers plaats vinden) en het informele leren (uitwisselen van informatie, hulp en feedback) en zo de kracht van beiden beter te benutten.
Aanpak:
Als tool om de verbinding structureel te realiseren, wordt het Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP) ingezet. Hierbij wordt in het POP expliciet aandacht besteed aan het formeel – en informeel leren op de werkplek waarbij de leer- en prestatiedoelen op korte termijn geplaatst worden in het kader van langere termijn doelen en ambities. Daarmee sluiten we aan bij recente onderzoeksresultaten die aantonen dat het verruimen van het toekomstperspectief door een POP professionals motiveert om te investeren in het ondernemen van formele en informele leeractiviteiten en bijgevolg blijvend inzetbaar te zijn. Via onderzoek wordt evidentie verzameld of de POP zoals geïmplementeerd, aanzet tot meer informeel leren en dus tot een grotere inzetbaarheid. Op basis van deze resultaten wordt de POP als instrument en de implementatie ervan geoptimaliseerd.
Resultaten:
Het initiatief beoogt het structureel implementeren van informeel leren binnen de ambulancezorg door gebruik te maken van de POP en een overdraagbare methodiek in de keten.
Dit houdt in:
- Methodiek dat werknemers en leidinggevenden bewust maakt van het brede spectrum van leren, of: een (breder) netwerk dat drempelverlagend werkt voor advies/informatie/hulp vragen. Het traditionele beeld van leren wordt ‘ontdooid’ aan de hand van deze methodiek.
- Breder POP waarbij informeel leren centraal staat en zichtbaar wordt voor medewerkers en leidinggevenden.
- Begeleidingsmethodiek voor werkbegeleiders en leidinggevenden om het nieuwe POP te kunnen begeleiden middels stimuleren tot reflecteren bij medewerkers over formele en informele contactmomenten ( werkoverleg, jaargesprek, training, oefening, “koffiekamer” gesprekken).